Wij zijn ervan overtuigd dat in de toekomst steeds meer energie lokaal zal worden opgewekt. Het zelf voorzien in je eigen energie spreekt veel mensen aan. Consumenten zijn enthousiast, en lopen warm als het gaat om de toepassing van zonnepanelen, aardwarmte en windenergie. Dit merken wij ook aan de vele reacties en discussies op deze site, allemaal mensen die manieren zoeken om hun eigen leefomgeving verder te verduurzamen. Ook de markt is er klaar voor met bewezen producten. Maar waarom wil het toch niet vlotten als het gaat om kleinschalige duurzame energievoorziening? Wat gaat er mis bij decentrale energieopwekking? En hoe kunnen we decentrale energieopwekking wél succesvol maken?
1. Waar gaat het mis?
De Groene Zaak, platform van koplopers in duurzaam ondernemen, heeft naar die vraag onderzoek gedaan. De uitkomst is dat bedrijven zich gehinderd voelen bij het verduurzamen van hun (lokale) energievoorziening door onderling tegenstrijdige wetgeving, financiële onzekerheid en onduidelijk lokaal netbeheer. Ook ontoereikende subsidies, te traag verleende vergunningen en weerstanden bij de lokale overheden worden vaak genoemd. De Groene Zaak heeft een lijst met 12 barrières opgesteld die de transitie naar meer kleinschalige duurzame energievoorziening belemmeren.
212 barrières voor succesvolle decentrale energieopwekking
Veel duurzame energieprojecten gaan niet door omdat deze binnen de huidige bancaire risicomarges niet financierbaar zijn.
De SDE-subsidie is voor bepaalde categorieën ontoereikend, en voor nagenoeg alle categorieën niet-structureel en niet-consistent.
Projecten kunnen niet voortvarend worden uitgevoerd omdat er enerzijds teveel voorschriften zijn op tal van (ruimtelijke) aspecten, en anderzijds vergunningen (veel) te traag worden afgegeven.
In de praktijk blijkt (milieu)wetgeving vaak strijdig te zijn met andere wetgeving, bijvoorbeeld volkshuisvestingsvoorschriften.
Volgens de Elektriciteitswet dient een „netbeheerder‟ te worden aangewezen, ook voor een Lokaal Energie Netwerk (LEN) op het niveau van een woonwijk, bedrijventerrein of kantorencluster. Dat is op deze kleine schaal onwenselijk en uitermate complex; ontheffing wordt echter soms wel, soms niet verleend.
De Nederlandse wetgeving op het gebied van netwerken blijkt strikter dan de Europese wetgeving. Dit is voor kleinschalige projecten onnodig belastend.
Vrijheid van „switchen‟ werkt goed in het traditionele centrale leveringsmodel, maar belemmert om een aantal redenen innovatieve lokale samenwerkingsvormen. Lokale energienetwerken verdienen een eigen status.
De SDE subsidie op zonnepanelen is gekoppeld aan de individuele EAN aansluitingscode. Hierdoor worden samenwerkingen met collectieve systemen relatief minder rendabel en worden bijvoorbeeld PV-systemen op flatgebouwen geblokkeerd.
Netbeheerders zijn ten onrechte bezorgd over het verlies van technische controle over het net (belasting, balans, kwaliteit) en over verlies van inkomsten bij duurzame opwekking.
Over duurzame elektriciteit en gas moet een ecotaks betaald worden. Beter zou het zijn om de ecotaks te differentiëren naar CO2-uitstoot. Het wordt dan aantrekkelijker om duurzame energie op te wekken.
Nu staat alleen het areaal in beheer van Rijkswaterstaat ter beschikking voor initiatieven om duurzame energie op te wekken. Andere beheerders van het publieke domein zoals de Dienst Landelijk Gebied en lagere overheden blijven passief.
Geen mogelijkheid tot compensatie met Nederlandse CO2-projecten. CO2-projecten in Nederland kunnen niet gefinancierd worden met de verkoop van CO2-rechten uit die projecten omdat de reductie dan dubbel wordt geclaimd, namelijk zowel door de Staat der Nederlanden als door organisaties/bedrijven.
De Groene Zaak wijst erop dat kleinschalige versus grootschalige energievoorziening niet samenvalt met duurzaam versus niet-duurzaam, of hernieuwbaar versus fossiel.
Volgens het platform is het cruciaal om synergie te realiseren tussen grootschalige en kleinschalige (centrale en decentrale) verduurzaming. “Beide versterken elkaar en beide zijn nodig”
En daar zijn wij het helemaal mee eens.
3. Wat kunnen we eraan doen?
Bureau DWA voor Installatie en Energieadvies heeft samen met een aantal experts op het seminar Energie (DE)centraal 10 kritische succesfactoren opgesteld, die van een lokaal energie project een succes kunnen maken. Deze factoren zijn naar voren gekomen uit een aantal projecten uit de praktijk als Energievoorziening Vaartsche Hoek (DEVA), Vestia Energie, Paleiskwartier ’s-Hertogenbosch en Geothermie Den Haag.
410 Tips voor succesvolle decentrale energieopwekking
Met de volgende 10 factoren dient rekening gehouden te worden bij de start van een project om decentraal energie op te wekken.
Deze punten werden benoemd tijdens het door DWA georganiseerde seminar Energie (DE)centraal.
- Tenminste één kartrekker binnen het project is noodzakelijk
- Onderling vertrouwen van betrokkenen is belangrijk
- Maak heldere en transparante afspraken. Een grote ‘machtige’ partij zoals bijvoorbeeld de lokale overheid, kan de besluitvorming helpen te versnellen.
- Maak gebruik van bewezen concepten en probeer deze verder te optimaliseren
- Kies voor één of enkele bewezen concepten . Veel maatwerk- of veel standaardoplossingen naast elkaar zorgen voor onnodige complexiteit.
- Lokale initiatieven zijn ‘Klein en aaibaar’, bottom-up geïnitieerd, vaak wijkgeoriënteerd met sterke betrokkenheid van bewoners en lokale overheid.
- Grote partijen, energiebedrijven, beschikken over een professionele organisatie en beschikken over een lange adem.
- Lange termijn is tenminste 15 jaar
- Richt je organisatie en contracten in voor de lange termijn
- Bouw flexibiliteit in contracten in (wees redelijk, timmer niet alles dicht)
- Zorg bij de inrichting van de organisatie voor gezamenlijk rendement en, een blijvende win-winsituatie voor alle betrokken partijen . Hierdoor worden tegenstellingen (afnemers, gemeenten, ontwikkelaars) gedeelde belangen.
- Veel onduidelijkheid door wijzigingen warmtewet
- Manage verwachtingen gebruiker goed
- Zorg ervoor dat je de aspecten techniek, financieel, organisatie en juridisch in alle fasen van het project integraal meeneemt
- Voor woningcorporaties: stop het DE-systeem in een aparte juridische entiteit
- Leg benoemde risico’s weg bij die partijen, die de risico’s kunnen beheersen
- Hanteer prestatiecontracten met bonus/malus afspraken om goed functionerende installaties te krijgen. Dit bevordert de financierbaarheid van duurzame energiesystemen en voorkomt negatieve publiciteit over niet-functionerende systemen
- Neem geen verantwoordelijkheden voor risico’s van andere partijen over. Je kunt niet alles voor anderen oplossen
5. Smart Grid - een slim electriciteitsnet
Het huidige energiesysteem in Nederland is dus in transitie. Steeds meer zullen we zelf energie opwekken of onze stroom betrekken van decentrale/ lokale energiebedrijven. Daarnaast gaan we steeds meer elektrisch rijden. De verwachting is dan ook dat het energieverbruik stevig zal gaan stijgen en het energienet extra zal worden belast. Het blijkt dat de huidige energieinfrastructuur in Nederland zwaar verouderd is en niet geschikt voor de toekomstige energievraag.
Omdat steeds meer mensen decentraal hun stroom gaan opwekken (HRE-ketel, zonne-energie, windenergie) zal het stroomnet veel meer als tweerichtingsverkeer worden gebruikt. Dit vereist een nieuw ‘slim’ elektriciteitsnet (Smart Grid) op basis van gelijkspanning. Gelijkspanning kent een groot aantal voordelen ten opzichte van het huidige hoogspanningsnet.
In een artikel waarin innovatiepromotor Herman Poos in gesprek ging met Harry Stokman, geeft hij een goed kijkje in deze wereld. Hieronder Herman in gesprek:
Energielasten in toekomst hoger dan Hypotheeklasten
Door de schaarste aan grondstoffen zou in de toekomst de energierekening weleens hoger kunnen worden dan de huidige hypotheeklasten van ons huis. Ik heb al regelmatig dit scenario uit de mond van deskundigen gehoord. Deze week werd ik vooral blij maar ook een tikje ongerust van een minicollege dat ik ontving van ondernemer Harry Stokman en bestuurder Bob Zijderveld van de stichting gelijkspanning. Zij willen kennis opbouwen rondom het fenomeen dat bedrijven en burgers zelf energie gaan opwekken, maar constateren dat ons energienetwerk daarop niet is berekend. Evenmin op de toenemende vraag naar energie, bijvoorbeeld wanneer ons wagenpark gebaseerd zou zijn op elektrisch vervoer.Stokman heeft mij uitgelegd dat wij voornamelijk werken op basis van wisselspanning, terwijl alle huishoudelijke apparaten (met uitzondering van het Senseo koffieapparaat!!!) al zijn ingesteld op gelijkspanning. In onderstaand filmpje, gemaakt naar aanleiding van een presentatie op een bijeenkomst van D66 Haarlemmermeer, legt Harry Stokman de betekenis en belang van gelijkspanning verder uit.
Macht energiemaatschappijen
De energiemaatschappijen varen wel bij wisselspanning (AC) op basis van slim inkopen en gegarandeerde afname bij klanten. ,,Maar er is daarnaast ook sprake van eenrichtingsverkeer. Energie terugnemen blijft lastig, zeker als er op dat moment geen vraag naar is. En als dat wel gebeurt, dan leidt dat tot transformateurs die te warm worden, gloeilampen die stuk gaan, computers die te warm worden tot storingen bij concerns die veel energie verbruiken’’, zo legt Harry Stokman uit.
Bufferen energie
Met een gelijkspanningsnetwerk kan energie efficient worden gebufferd. ,,Vergelijk het met een regenton waarin je water opvangt voor momenten dat je water tekort komt’’, aldus Bob Zijderveld, die mede namens de overheid ook nadenkt over de energiebehoefte/ontwikkelingen voor de toekomst.
Met een aantal ondernemers en lokale overheden wordt gesproken over een proef. In de Haarlemmermeer wordt nagedacht hoe op basis van gelijkspanning in de glas- en tuinbouw energie wordt opgewekt en de overtollige energie wordt gebruikt voor een Data centre en wellicht in een later stadium voor een nieuwbouwwijk en een grootgebruiker als Schiphol. Het voordeel is dan dat eventuele overtollige energie tijdelijk en dichtbij huis kan worden opgeslagen. Dat is nu nog niet mogelijk op een efficiente wijze. Momenteel wordt overtollig energie omgezet van AC naar DC en via een onderzeese hoogspanningsleiding naar Noorwegen getransporteerd: (hoogspannigs)AC (boven 380 Kv) kan namelijk niet ondergronds worden getransporteerd en (hoogspannings)DC wel. In Noorwegen vindt omzetting plaats van DC naar AC en met die energie wordt met water een stuwmeer volgepompt. Bij een energietekort in Nederland wordt met het water uit het stuwmeer AC opgewekt en vervolgens omgevormd naar DC en onderzees teruggeleverd aan Nederland. Daar vindt wederom omzetting plaats naar AC en wordt de energie op het net gebracht: al met al omslachtig en met de nodige energieverliezen.
Smart grid/ slim net
Een ander alternatief is de komst van een smart grid waarbij bepaalde huishoudelijke apparaten zoals een wasmachine pas gaat werken wanneer er goedkoop energie beschikbaar is. Stokman die met zijn bedrijf Hellas Rectifiers lichtgewicht transformateurs in alle soorten en maten produceert, zweert vooralsnog bij gelijkspanning (DC), zeker als eigen opwinning (zon, wind, biomass) een grotere vlucht gaat nemen. De stichting Gelijkspanning wil daarom samen met bedrijfsleven, overheden en energiedeskundigen verder nadenken over de energiebehoeften en kansen.